In het kort
Hoe maken we elektriciteit uit de energie van het zonlicht?
Het werkingsprincipe van een zonnecel is gebaseerd op het zogenaamde fotovoltaïsche (PV) effect: het genereren van een potentiaalverschil op de overgang van twee verschillende materialen (in de zonnecel) in reactie op elektromagnetische straling (het zonlicht).
Hoeveel elektriciteit we kunnen opwekken, hangt af van de hoeveelheid energie die het zonlicht bevat. Dit is afhankelijk van de eigenschappen van het zonlicht. Het zonlicht bevat veel verschillende kleuren licht die samen het zonnespectrum vormen. Elke kleur heeft een bepaalde golflengte en energie. Een alternatieve manier om naar licht te kijken is door het te beschouwen als een stroom van deeltjes, genaamd fotonen.
Door het combineren van meerdere zonnecellen creëren we een zonnepaneel. Zonnepanelen worden dan gebruikt om een zogenaamd PV-systeem te bouwen. Terwijl de zonnepanelen de groene stroom produceren, moet deze meestal eerst getransporteerd, opgeslagen of omgezet worden voordat deze uiteindelijk gebruikt kan worden. Hiervoor hebben we extra apparaten in ons PV-systeem nodig. Deze extra apparaten van een PV-systeem zijn afhankelijk van de gewenste systeemconfiguratie. Twee hoofdconfiguraties zijn netgekoppelde en losstaande systemen.
Het TU Delft boek over zonne-energie, waarin de stappen van waferproductie tot PV-systeemontwerp worden behandeld, kan gratis als e-book worden gedownload op een van deze websites: Amazon.com, Barnes & Noble and Rakuten Kobo
Zonlicht
Hoeveel energie bevat het zonlicht?
Het fotovoltaïsch effect vindt plaats als gevolg van de absorptie van de elektromagnetische straling van de zon in een fotovoltaïsch apparaat. Het begrijpen van de aard van de elektromagnetische straling is daarom van vitaal belang om te begrijpen hoe zonne-energie werkt.
Zonnestraling
De straling van de zon kan worden gezien als een reeks deeltjes die door de ruimte reizen, fotonen genaamd. Het energieniveau van elk foton is afhankelijk van de golflengte. De fotonen die door de zon op verschillende golflengten worden uitgezonden, worden in het zonnespectrum weergegeven zoals in Figuur 1.
De externe aardse straling (het oranje gebied) vertegenwoordigt de effectieve zonnestraling die door de zon in de ruimte wordt uitgestraald. Wanneer de straling de top van de atmosfeer van de aarde bereikt en naar het oppervlak gaat, wordt ze geabsorbeerd en verspreid door elementen die in verschillende atmosferische lagen aanwezig zijn (voornamelijk ozon, waterdamp en koolstofdioxide).
Het fenomeen van de absorptie van de elektromagnetische straling bestaat uit de transformatie van binnenkomende elektromagnetische energie naar de interne energie van een molecuul door de atomen in trillingstoestanden te brengen. Verschillende moleculen worden opgewekt op verschillende golflengten, dus de absorptie is golflengteselectief en veroorzaakt gaten en discontinuïteiten in de spectrale curve aan het aardoppervlak (geel gebied in Figuur 1). De mate van verzwakking van de binnenkomende straling is evenredig met de lengte van het pad dat de straling door de atmosfeer aflegt voordat ze de grond bereikt. Deze verzwakking wordt uitgedrukt door de Air Mass (AM) coëfficiënt. Hoe langer het pad, hoe groter de absorptie en hoe zwakker de invallende zonnestraling.
Stralingscomponenten
Zonnestraling die een willekeurig voorwerp op het aardoppervlak bereikt, kan worden onderverdeeld in drie hoofdcomponenten:
(1) Directe straling: beweegt zich direct in een rechte lijn vanaf de zon. Op heldere dagen levert dit onderdeel de belangrijkste bijdrage aan de fotovoltaïsche energieopwekking in zonneapparatuur.
(2) Diffuse straling: verspreid door de atmosfeer. Op bewolkte dagen bestaat het grootste deel van het beschikbare zonlicht uit diffuse straling.
(3) Albedo: gereflecteerd vanaf het aardoppervlak. Deze component is een functie van het reflectievermogen van de grond en wordt intenser in de nabijheid van hoogreflecterende oppervlakken zoals sneeuw of water.
Photovoltaic effect
Hoe wordt de elektriciteit geproduceerd?
Wanneer fotonen worden geabsorbeerd door het materiaal van een fotovoltaïsch apparaat, kunnen zij elektronen in het materiaal naar een hoger energieniveu tillen. Dit fenomeen vindt alleen plaats wanneer het foton een bepaalde energiegrens kan overschrijden. De hoogte van de grens hangt af van het materiaal waar de cel van is gemaakt. De vrijgemaakte elektronen en 'gaten', i.e. een afwezigheid van een elektron dat als een positief geladen deeltje kan worden beschouwd, worden dan van elkaar gescheiden en verzameld in een extern elektrisch circuit.
Kortom, we kunnen zeggen dat het fotovoltaïsch effect kan worden onderverdeeld in drie basisprocessen:
(1) Het genereren van ladingsdragers door de absorptie van fotonen (van het zonlicht) in de materialen die een verbinding vormen (de zonnecel).
(2) Het achteraf scheiden van de foto-gegenereerde ladingsdragers in deze verbinding en (3) Het verzamelen van de foto-gegenereerde ladingsdragers aan de uiteinden van de verbinding.
Genereren van ladingsdragers
Normaliter, als een foton voldoende energie heeft om een elektron naar een hoger energieniveau te brengen, genereert het een paar vrije ladingsdragers die een 'elektron-gatpaar' worden genoemd. Deze ladingsdragers hebben geen band meer met de molecuulstructuur waaruit een zonnecel bestaat en kunnen dus vrij rondbewegen in het materiaal zonder aan een bepaald molecuul gebonden te zijn.
Scheiden van ladingsdragers
Om een stroom op te wekken worden de ladingsdragers allereerst van elkaar gescheiden via een intern elektrisch veld op de grens tussen twee halfgeleidermaterialen met een verschillende samenstelling.
Verzamelen van ladingsdragers
De stroom van de vrije elektronen door een extern circuit is de stroom waaruit de zonne-elektriciteit bestaat. Iedere zonnecel heeft een typische stroom-voltagekarakteristiek, zoals wordt getoond in Figuur 1 (de rode lijn).
Figuur 1 toont dat er een punt is waarop het vermogen van de cel maximaal is, die overeenkomt met Impp en Vmpp. Het operatiepunt van de cel is daarom gebruikelijkerwijs gecalibreerd om zo dicht mogelijk bij dit maximum vermogenspunt te zijn.
Zonnepanelen
Wat voor soort zonnepanelen zijn er?
Gezien de vermogensproductie van een enkele zonnecel relatief laag is worden cellen meestal met elkaar verbonden om een zonnepaneel te vormen. Door de verbindingen tussen de zonnecellen te veranderen, kan de stroom en/of het voltage worden verhoogd, waardoor het totale vermogen van het PV-systeem groter wordt.
Zoals eerder uitgelegd, begint de opwekking van een fotovoltaïsche stroom met de absorptie van binnenkomende fotonen in het specifieke halfgeleidermateriaal waarvan de cel is gemaakt. Er zijn veel materialen beschikbaar voor het maken van zonnecellen. Verschillende materialen corresponderen met verschillende technologiën en celkarakteristieken. Begrip van de basale kenmerken en voordelen van iedere technologie biedt hulp in het kiezen van de juiste technologie voor de gewenste installatie. Van alle beschikbare technologiën richt het PVP 2.0 zich op de volgende technologiën die de markt domineren: Crystalline Silicon technology, Thin-film silicon technology en Thin-film Copper Indium (Gallium) Diselenide (CI(G)S) en Cadmium Telluride (CdTe).
Klik hier om meer over de recordefficiënties van de verschillende PV-technologiën te vinden.
Klik hier om meer te lezen over de huidige PV-industrietechnologie, -markt en -prijzen
Van zonnecel tot PV module
Als cellen in serie zijn verbonden, wordt het voltage van het systeem verhoogt overeenkomstig met het aantal cellen dat in serie is verbonden. Als de cellen parallel aan elkaar worden verbonden, wordt juist de stroom verhoogd met een factor gelijk aan het aantal in parallel verbonden cellen. Een zorgvuldige evaluatie van het benodigde aantal en type connecties tussen modules is nodig tijdens de ontwerp van een systeem om een goed ontwerp te verkrijgen.
Kristallijn siliciumtechnologie
Er zijn twee soorten kristallijn siliciummateriaal die worden gebruikt bij het maken van zonnepanelen: monokristallijn silicium en polikristallijn silicium. Terwijl monokristallijn silicium wordt gemaakt van een homogeen kristalblok, is polikristallijn silicium opgebouwd uit een aantal kleinere siliciumkristallen. De meerdere kristallen vormen grenzen voor vrije ladingsdragers en verminderen zo de efficiëntie vergeleken met het homogene monokristallijn silicium. Polikristallijn silicium kan echter voor een lagere prijs worden geproduceerd dan monokristallijn silicium en wordt daarom het meest gebruikt in de zonnecelindustrie. Kristallijn siliciumtechnologie is veruit de meest ontwikkelde PV-technologie en maakt het grootste deel uit van de huidige PV-markt [1].
Dunne-film siliciumtechnologie
Wegens de belofte van sterk verlaagde productiekosten voor zonnepanelen door verminderde materiaalkosten en een minder intensief productieproces, is dunne-film siliciumtechnologie een zeer interessant alternatief voor kristallijn silicium geworden in het afgelopen decennium. Dunne-film silicium kan zowel op rigide glas als op flexibele, lichte en minder kostbare plastics worden afgezet. Een van de grote obstakels naar de ontwikkeling van deze technologie is de licht-geïnduceerde degradatie van het materiaal waardoor de operationele prestaties van het materiaal omlaaggaan. Na een initiële groei lijkt de productie van dunne-film silicium de afgelopen jaren te zijn afgenomen [1].
Dunne-film Koper Indium (Gallium) Diselenium (CI(G)S) en Cadmium-Tellurium (CdTe)
Net als bij dunne-film siliciumtechnologie kunnen CI(G)S en CdTe-modules worden gedeponeerd op grote substraatoppervlakken waardoor de productiekosten worden verlaagd. In tegenstelling tot dunne-film silicium lijden deze twee technologiën niet onder licht-geïnduceerde degradatie en kunnen zij hogere efficiënties halen gedurende hun operationele levensduur. De verwachting is dat beide technologiën hun marktaandeel in de PV-industrie gaan verhogen wegens de snelle toename in gemeten celefficiënties van deze technologiën [2].
PV systems
What components does a PV system contain?
Alhoewel zonnepanelen het hart van een PV-installatie zijn, zijn zij slechts een van de vele componenten van het volledige PV-systeem. De energie die wordt geproduceerd in de panelen wordt overgebracht naar het energievragende apparaat of naar het lokale elektriciteitsnetwerk via de systeembalans (BoS). De systeembalans bestaat uit alle componenten, behalve de zonnepanelen, die tezamen het PV-systeem vormen. De meeste PV systemen bevatten tenminste de volgende systeembalans componenten: Montagestructuur, Bedrading & kabels, Omvormer, MPPTracker Bij losstaande systemen is er geen aansluiting op het elektriciteitsnet, dus zijn er extra BoS-componenten nodig: Opslagapparaat, Laadregelaar.
Netgekoppeld vs. losstaand
Een netgekoppeld systeem is verbonden aan het lokale elektriciteitsnetwerk. Het geeft elektriciteit af aan en neemt elektriciteit op van het nationale netwerk en hoeft daardoor niet energetisch onafhankelijk te zijn. Dit in tegenstelling tot een zelfstandig (losstaand) systeem, dat ontworpen is om energetisch zelfvoorzienend te zijn. Vanwege de variabele aard van zonlicht vereist deze configuratie een zorgvuldig ontworpen opslagsysteem om energie op te slaan en vrij te laten wanneer nodig.
Montagestructuur
De montagestructuur bestaat uit alle delen die een paneel ondersteunen of het verbinden aan een oppervlak zoals een dak of een gebouw. In meer geavanceerde systemen kan de montagestructuur ook worden gebruikt om de beweging van de zon te volgen gedurende de dag en het jaar. Zonvolgende structuren kunnen een of twee bewegende assen hebben afhankelijk van de gewenste complexiteit van het systeem. De toevoeging van bewegende delen verhoogt echter de kosten en het onderhoud aan het systeem, en de bewegende delen dienen soms te worden vervangen gedurende de levensduur van het systeem.
Bedrading & verbindingskabels
Bedrading en kabels verbinden de verschillende componenten van het systeem en vervoeren de stroom die wordt geproduceerd tussen de componenten. Weerstandsverliezen in de kabels leiden tot een verlaging van de efficiëntie van het totale systeem en moet daardoor worden geminimaliseerd door kabels van een afdoende dikte te kiezen en door de lengte van kabels kleiner te maken.
Omvormer & MPPTracker
PV-modules produceren directstroom (direct current (DC)). De meeste huishoudelijke apparaten en het elektriciteitsnet gebruiken echter wisselstroom (alternating current (AC)). De meeste stroom moet daarom worden omgezet van DC naar AC. Deze omzetting vindt plaats in een component dat een omvormer wordt genoemd. Omvormers zijn ontworpen om DC- naar AC-elektriciteit om te zetten en om het PV-systeem zo dicht mogelijk bij zijn maximum-vermogenspunt (maximum power point (MPP)) te laten opereren. Deze laatste taak wordt gerealiseerd met een Maximum Power Point Tracker (MPPT) dat voordurend het operatiepunt van de modules aanpast zodat zij opereren bij het maximum in de I-V curve. De efficiëntie van moderne omvormers ligt gewoonlijk tussen ongeveer 90% tot 96% voor operatie op volledig PV-vermogen [1].
In het geval van netgekoppelde omvormers zijn verdere vereisten dat de omvormer de kwaliteit van de stroom die aan het net wordt geleverd controleert, en dat hij het netwerkvoltage, de golfvorm en de frequentie van de stroom op het net monitort. In het geval dat het elektriciteitsnetwerk uitvalt moet de omvormer zich kunnen loskoppelen van het net uit veiligheidsoverwegingen.
Opslagcomponenten
De meeste hernieuwbare energietechnologiën worden 'periodiek' genoemd omdat zij alleen elektriciteit kunnen produceren als de hernieuwbare energiebron (zoals zonlicht, wind of water) aanwezig is. Om een zelfstandig PV-systeem te ontwerpen is daarom een opslagfaciliteit voor energie nodig om op ieder moment aan de elektriciteitsvraag te kunnen voldoen. De meest gebruikelijke opslagcomponent die momenteel wordt gebruikt is een oplaadbare batterij die elektriciteit opslaat en afgeeft afhankelijk van de productie en vraag op ieder moment. Het meest gebruikte batterijtype is de loodzuurbatterij [1]. De kosten van een batterij verhogen de kosten van het totale systeem substantieel, vooral in het geval van grootschalige PV-toepassingen.
Laadregelaar
Als batterijen worden meegenomen in de installatie dient een laadregelaar te worden geplaats tussen de modules, de batterijen en de elektrische belasting om de batterijen te beschermen tegen te snelle en te hevige laad-/ontlaadcyclussen die de levensduur van de batterijen zouden verkorten. De standen van de laadregelaar moeten zorgvuldig worden ontworpen om aan te sluiten op het type batterij dat wordt gebruikt. Alhoewel laadregelaars de degradatie van batterijen tot op zekere hoogte kunnen voorkomen, moeten de batterijen desalniettemin waarschijnlijk minstens eenmaal worden vervangen gedurende de levensduur van het systeem.
Efficiëntie
Wat bepaalt het rendement (efficiëntie) van een zonnepaneel??
Het proces van het opwekken van elektriciteit uit zonlicht omvat meerdere energieomzettingsstappen. In elke stap gaat een deel van de energie van het invallende zonlicht verloren. Het energieverlies kan ook worden uitgedrukt als een efficiëntie*.
Hoewel vaak alleen de STC-efficiëntie van een PV module wordt opgemerkt, is het interessant om te kijken naar de efficiëntie van het hele PV systeem. Wat bepaalt de efficiëntie van het hele systeem? Deze zijn:
*Een energieverlies van 20% betekent een energie-efficiëntie van 80% (=100%-20%).
Het PV-systeemrendement is de uiteindelijke elektrische energie-output gedeeld door de energie-input van het zonlicht. Dit rendement is altijd lager dan 100%.
PV modules
Hier ff onzin
Inverter
Hier ff onzin
Off-grid?
Hier ff onzin
Economic model
About PV modules etc.
PV modules
Hier ff onzin
Inverter
Hier ff onzin
Off-grid?
Hier ff onzin